BR 104 020-3
De E104, bijnaam ‘Knödellok’.
De BR 104 is bij mijn weten omstreeks 1979 bij Roco in productie geweest. Het is bij één serie, met bedrijfsnummer 104 020-3, gebleven. De locomotief is in die tijd al uitgerust met een kortkoppelmechanisme en een normschacht. De hele story is te vinden op deze website. De story van het grote voorbeeld is hier te vinden.
Hieronder zijn een aantal plaatjes geplaatst, die zijn geschoten bij het inbouwen van een Faulhaber motor en een decoder.
De oorspronkelijke motor is verwijderd, daarmee waren geen goede rijeigenschappen te behalen. In analoog bedrijf ging het nog, maar digitaal was het om te huilen. Dit gold voor zowel een Kühn T125 decoder als (in iets mindere mate) voor een Lokpilot 3.0.
Bij SB Modellbau is een motorset besteld. Vervolgens is de Kühn decoder aangesloten.
De oude en de nieuwe motor.
De motor kan zo in het frame worden geplaatst
Een afdekplaatje van styreen
De decoder, de gezaagde stukken uit een printplaat en de verbindigen tussen het een en het ander.
Na de inbouw laat de loc betere rijeigenschappen zien en is het motorgeluid beschaafder. Het rijden op snelheid verloopt prima, maar stapvoets is het niet geweldig. Het rijden gaat niet geheel schokvrij. De loc schommelt overigens ook wat. Ergens in de assen of aandrijving zit er iets niet helemaal strak. De rollenbank geeft geen eenduidig uitsluitsel. Of het schommelen exemplarisch of symptomatisch is voor deze loc? Geen idee. Deze serie van Roco is maar kort geproduceerd en er is ook maar één model van de BR 104 uitgebracht. Daarna ging de stekker eruit om er nooit meer in te gaan.
Bij een latere exercitie in de treinen-hobbyisten-kamer is ledverlichting gemonteerd. Dat was een waar monnikenwerkje. Ook is toen de Faulhabermotor uit Olching vervangen door een 'eigenbouw' Maxon motor. Daarvan zijn geen foto's beschikbaar.
Eind 2019 zijn de bovenstaande plaatjes geschoten. Tegenwoordig zou warm-witte ledverlichting gekozen zijn.
DEEL 2
Voor het vervangen van een paar versleten rubberbandjes is het noodzakelijk gebleken dat de halve loc gedemonteerd moest worden. Van die gelegenheid is gebruik gemaakt om deze ietwat moeizame loc nogmaals te verbeteren. Althans, een poging daartoe.
De 'eigenbouw' Maxon motor is vervangen door een 'eigenbouw' Faulhaber motor. De Faulhaber is van het type 'Schönaich´.
Nooit van gehoord verder, maar de dikte van de motor is identiek aan de vorige, nl. 22mm. De motoras van de Faulhaber steekt aan beide kanten uit, dus een vliegwiel is aan de achterzijde geplaatst.
De decoder is eveneens vervangen, dat is nu een Lokommander van Train-O-Matic. Het eerdere styreen plaatje waarop de decoder was geplaatst, is verwijderd. De decoder ligt nu wat verlaagd in het frame, op een houdertje boven de siliconen aandrijfbuis. Met deze constructie sluit de kap zonder spanning. De elektrische verbinding voor de leds tussen kap en onderstel verloopt nu via een 3-polig stekkertje. Op de motoras en op de draaistelas is een stukje krimpkous geplaatst en verhit. Dit zorgt ervoor dat de siliconen aandrijfbuis extra strak op beide assen zit.
De komende tijd wordt het nieuwe rijgedrag gefinetuned. Maar één ding is al zeker, perfecte rijeigenschappen zal deze loc niet gaan krijgen.
Met cabine-1 vooruit rijdt de loc beter dan andersom. Met cabine-2 vooruit ontspoort de loc ook vaker dan je lief is.
De korte Fleischmann model-wissels, die in het schaduwstation liggen, blijken niet zo geschikt voor deze loc.
Maak jouw eigen website met JouwWeb